Het summum op vier wielen

Op F1 maximaal las ik laatst weer over het era van jos verstappen. De Arrows van toen zijn haast niks in vergelijking met de bolides die nu de pit uit komen rollen. Dit is allemaal door innovatie, steeds weer een nieuwe manier vinden om iets beters te doen in het totaalpakket. Een totaalpakket wat ook regels behelst. Zo zijn er nu teams een zaak begonnen binnen de FIA om de nieuwe koeling van Ferrari aan banden te leggen. De kwestie? Of de oliebasis koeling wel of niet door middel van expansie de brandstof regulering beïnvloed. Het competitieve voordeel wat de andere teams proberen te elimineren is een heuse 0,8 seconden op sommige – dus niet eens alle – circuits. Dit soort geschaaf is waar de F1 tegenwoordig beroemd om is. Een beetje lichter, een beetje gladder, een beetje meer downforce, etc. Veel van het geschaaf komt omdat de FIA regels steeds strenger zijn geworden. Wel loopt de FIA achter de feiten aan, wat betekent dat er soms wel hele wilde innovaties komen. Een kijkje naar de wagens die alle regels braken.

Radiator neus

De moderne F1 wagen wordt getypeerd door zijn gladde en aerodynamische neus. Deze genereert veel downforce waardoor de kracht beter afgegeven kan worden. Daarnaast buigt hij de lucht zo dat deze langs de radiatoren kan komen om de warmte weg te werken. Een ingenieur bij ‘97 bij Ensign had een mooi plan aan de tekentafel: “Koeling en downforce tegelijkertijd!”. Het resultaat was een auto die leek op een lego kopie: grote hoekige radiator gleuven getrapt als neus. Het design was geen publiekslieveling. Zijn wanstaltigheid zette flink druk op de performance van de auto. Toen deze niet zodanig radicaal was werd het design verworpen. Het oog wil ook wat.

Star Trek

Wie zich autos uit ‘71 heugt zal niet verrast zijn dit model: de March 711. Het publiek was echter wel verrast. Het design element was een neusspoiler die niet laag, maar hoog zet. Sterker nog, hoger dan de neus. De platte fin kreeg al snel de bijnaam “rijdend dienblad”. Snel was deze wel, de coureur ervan behaalde er 5 keer het podium mee.

De tank

De meeste auto’s hebben vier wielen. Maar wat de meeste auto’s hebben is iets waar ze bij de F1 weinig over nadenken. Daarom experimenteerde Williams en F1 ‘81 met een auto met zes wielen. Het idee was dat de achterste twee sturend zoude zijn en zo scherpere bochten kon maken. De FIA vond het parmantig, en maakte precies vier wielen een eis om mee te doen.